Midzomernachtsdroom

“ Ik zit aan de terrastafel te lezen als opeens: HRÀ-HRÀ-HRÀ-HRÀ-HRÀ!

Sinds dat gestrande kraaienjong twee weken geleden blijf ik regelmatig kraaien horen in de buurt achter het huis, maar dit is vlakbij, en daar is hij: met trage, bijna lome vleugelslag komt hij uit het niets, HRÀ-HRÀ-HRÀ-HRÀ roept hij met hoge dwingende stem en krijgt meteen antwoord van ergens achter het huis, een diepere stem die een enkel KRAA terugroept, hij vliegt over het huis weg, lager dan ik een kraai hier ooit zag vliegen. Hij is al voorbij, hij was prachtig, een volmaakt uitgegroeide kraai van forse kop tot forse staart tot in de zo sierlijke lange vingers van die brede vleugels die hij moeiteloos, nonchalant haast, op en neer bewoog, wat was hij prachtig.”

Deze kraai is een van de vele natuurobservaties van auteur Caro Van Thuyne in Hier begint de natuur. Vier seizoenen lang neemt ze ons mee in haar tuin, door velden en bossen en langs poelen, rivieren en de zee. Ze deelt met ons wat haar zintuigen haar over de poëzie in de natuur vertellen. Het is ook een uitnodiging om deze wonderen intenser te beleven door “kleiner kijken, dichter luisteren, opener ruiken, dieper voelen, aandachtiger proeven.” Ik neem haar uitnodiging alvast van harte aan. Jij ook?